Spring naar content

Samsom: kansen voor Brabant als we duurzaamheidsslag omarmen

20 februari 2020
Group 550

De voormalige Seeligkazerne te Breda was ooit het domein van officieren en soldaten. Inmiddels heeft de geur van kruit en ledervet er plaatgemaakt voor de aroma’s van de Franse keuken. Want chef-koks in opleiding zwaaien er vandaag de dag niet alleen de scepter over de officiersmess, maar over het gehele terrein waar thans scholengemeenschap de Rooi Pannen is gevestigd.

De militairen mogen dan vertrokken zijn, toch wemelde het afgelopen maandagavond van de generaals op het voormalig militair complex. Tientallen secretarissen-generaal en directeuren-generaal van Haagse Ministeries waren er te gast voor het jaarlijkse BrabantStad-diner. Bestuurders en beleidsmakers uit Brussel, Den Haag en de vijf grootste Brabantse steden spraken op uitnodiging van Commissaris van de Koning Wim van de Donk namens BrabantStad over wellicht de grootste operatie van de 21ste eeuw – de slag om duurzaamheid en de economische, sociale en politieke uitdagingen die deze met zich meebrengt.

Het was Diederik Samsom, verantwoordelijk kabinetschef bij de Europese Commissie voor de Green Deal, die het aanvalsplan van 1000 miljard waar men in Brussel aan werkt uit de doeken deed. In zijn inleiding greep Samsom terug op zijn meest indringende ervaring gedurende zijn politieke carrière: het faillissement van de noodlijdende aluminiumsmelterij Aldel in Delfzijl. Honderden werknemers die de ploegendiensten verruilden voor werkloosheid keek hij daar in de kantine in de vochtige ogen. De aanvechting de fabriek open te houden was groot, maar de wetenschap dat het ooit florerende bedrijf in de nieuwe wereldeconomie geen schijn van kans maakte vroeg om een ander antwoord. De werknemers van Aldel moesten geholpen worden aan een andere baan maar de reflex om te blijven hangen in korte-termijn-politiek van stagnatie en behoud moest bedwongen. De huidige situatie was immers onhoudbaar.

Precies dat, zo betoogde Samsom in de Seeligkazerne, is de uitdaging bij de slag om duurzaamheid. Deze leidt wat hem betreft tot de wederopstanding van het Europese model waarbij we in een veranderend klimaat, in een veranderende wereldeconomie kansen bieden aan iedereen. Waar tijdens de industriële revolutie, met de komst van de lopende band en stoommachine, de beroepsbevolking zich bedreigd wist op het werk vreest de middenklasse bij de duurzaamheidsrevolutie de gevolgen voor de auto, de gehaktbal en de onlangs aangeschafte verwarmingsketel. Kortom voor de portemonnee. Samsom betoogde dat net als bij de eerdere revoluties het de brede politieke opgave is om deze dienstbaar te laten zijn aan de samenleving als geheel.

Over die opgave is Samsom optimistischer dan ooit tevoren. Als we volgende generaties recht in de ogen willen kijken moeten we onbetwistbaar aan de bak. Maar de technologische ontwikkelingen maken wat eerder onhaalbaar én onbetaalbaar leek inmiddels mogelijk. Nog maar tien jaar geleden kwamen elektrische auto’s niet verder dan het tuinhek, kostte offshore windenergie 16 cent subsidie per kilowattuur en waren zonnepanelen alleen weggelegd voor hippies met een goedgevulde bankrekening. Tien jaar later zijn de actieradius en de verkoopcijfers van de elektrische auto geëxplodeerd, is er geen cent subsidie nodig voor rendabele offshore windenergie en is stroom afkomstig van Nederlandse zonnepanelen goedkoper dan van een kolencentrales. In Portugal werkt men aan een zonneveld met een oppervlakte van 1500 voetbalvelden, in Marokko aan het tienvoudige. De technologie maakt de duurzaamheidsslag iedere dag een stukje makkelijker.

Samsom pleit daarom voor een maatschappelijk offensief. De duurzaamheidsslag moet ingezet om arbeid lonender te maken, om ondernemerschap aan te moedigen, om het leven gezonder te maken én om de energieprijzen een kleiner beslag te laten leggen op het huishoudinkomen. Brussel stelt voor de komende jaren 1000 miljard beschikbaar om de start te maken, het bedrijfsleven zekerheid te geven voor investeringen en om nationale, regionale en lokale programma’s steun in de rug te bieden. Want als de duurzaamheidsslag ergens moet gebeuren dan is het wel op regionaal en lokaal niveau. In de woorden van Samsom: het zal slagen in de regio, of het zal niet slagen.

Voor de Brabantse steden biedt de duurzaamheidsslag perspectief aldus de kabinetschef van de Green Deal. Steden zullen groener worden en dus prettiger om in te leven, de lucht zal schoner zijn en dat is goed voor onze gezondheid, onze huizen zullen beter gebouwd of geïsoleerd zijn en dus comfortabeler en met lagere energielasten. En voor het Brabantse bedrijfsleven biedt de duurzaamheidsslag volop kansen. In de slimste regio van Noord Europa kan een goede boterham verdiend worden aan de enorme publieke en private investeringen die gepaard gaan met de duurzaamheidsrevolutie. Bij de vier eerdere revoluties (mechanisatie bedoelt, massaproductie, digitalisering, robotisering) liep of loopt Brabant voorop. Bij de duurzaamheidsrevolutie kan Brabant die kans wederom met beide handen aanpakken als we, in de woorden van Samsom, de verandering niet vermijden maar omarmen.