BrabantStad dinsdag over klimaat, weer en water
07 februari 2024
Dinsdag 30 januari was de eerste BrabantStad dinsdag van 2024. Het BrabantStad netwerk was deze editie te gast in Breda bij Waterschap Brabantse Delta. In het koetshuis van landgoed Bouvigne werden Brabantse bestuurders gastvrij ontvangen. Burgemeester Paul Depla van Breda trapte samen met dijkgraaf Kees Jan de Vet de ochtend af met een welkomstwoord. “Het stadsbestuur van Breda en het waterschap hebben al erg lang een goede verhouding. Wij zijn als Brabantse Delta dan ook dankbaar dat we ons op landgoed Bouvigne mogen huisvesten”, benadrukt Jan Kees de Vet.
Het landgoed is gelegen in het zuiden van Breda, aan de rand van het Mastbos. Het cultuurhistorische erfgoed bestaat uit het kasteel, drie kasteeltuinen en een 17de -eeuwse boomgaard. Sinds 1973 huist Brabantse Delta hier en werden het kasteel en het koetshuis gerestaureerd. Het waterschap zorgt vanuit deze prachtige locatie voor veilige dijken en kades, zuiver rioolwater, de kwaliteit van het oppervlaktewater en de hoogte van het water. Klimaatverandering zorgt ervoor dat dit een steeds grotere uitdaging wordt.
Over dit onderwerp vertelt gastspreker Prof. dr. Maarten van Aalst ons meer. Hij is hoofddirecteur en tevens Chief Science Officer van het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut (KNMI). Van Aalst is daarnaast hoogleraar ‘Climate and Disaster Resilience’ aan de Universiteit Twente en doet onderzoek naar het vergroten van onze weerbaarheid tegen extreem weer.
Van Dubai naar BrabantStad
Wat betekent snelle klimaatverandering voor BrabantStad en de regio? Dat was de centrale vraag tijdens de lezing van Maarten van Aalst. Hij is net terug uit Dubai waar hij betrokken was bij de Klimaattop. Hier waren meer dan 100.000 mensen bijeen om te praten over globale klimaatverandering. Hij neemt BrabantStad mee in zijn visie en de implicaties die deze verandering heeft op beleidsterreinen zoals wonen, werken en recreëren.
“In Dubai werd opnieuw duidelijk dat we ons zorgen maken over fossiele brandstoffen en dat we een gezamenlijke verantwoordelijkheid hebben om ons op dit gebied aan te passen”, begint Van Aalst. Wie pakt de lasten op van de kosten die we al hebben en wie krijgt welke schade?
De klimaatverandering gaat sneller dan verwacht en hierdoor worden we volgens Van Aalst verrast. We zijn onvoldoende voorbereid omdat zaken onverwacht veranderen. Denk aan regen die in ‘nieuwe’ perioden valt waardoor er bijvoorbeeld in juni veel smeltwater is dat zorgt voor overstroming. Er is in periodes veel regenval en dit water hebben we juist in droge periodes hard nodig en moeten we dus vasthouden.
Van Aalst benoemt de dodelijkste natuurrampen in Nederland. Dat is de watersnoodramp in 1953 gevolgd door de extreme hitte die we kenden in 2003. In 2006 kwamen we in Nederland met een nationaal hitteplan. Met hitte krijgen we in de toekomst nog veel meer te maken. Daarom is het belangrijk om na te denken over ‘de hittebestendige stad’ met bijvoorbeeld meer groen.
“Denk na over hoe we mensen bereiken die tijdens een hittegolf denken ‘Lekker dagje strand! Hoezo een hitteplan?’. Zij zien de gevaren niet. Ook moeten we letten op kwetsbare mensen zoals ouderen die vooral thuis te vinden zijn.”
Hoofddirecteur KNMI Maarten van Aalst |
Uitgewerkte scenario’s
We zien wereldwijd steeds meer extremen op het gebied van weer. De zomers worden droger, de winters worden natter en de zeespiegel stijgt. Daarnaast kennen we een temperatuurstijging. Deze kan door minder uitstoot ten goede beïnvloed worden. Er zijn voor Nederland daarom door het KNMI vier scenario’s uitgewerkt die de nieuwe inzichten en onderzoeksresultaten uit het meest recente IPCC-rapport (2021) naar Nederland vertalen. Met behulp van klimaatmodellen zijn de gevolgen van de uitstoot van CO2 door mensen op het toekomstige klimaat berekend. De vier scenario’s beschrijven mogelijke toekomstige klimaatsituaties in Nederland rond 2050, 2100 en 2150. Ze zijn gebaseerd op de hoeveelheid uitstoot van broeikasgassen en de mate van neerslagverandering in Nederland.
“Elk jaar kan in Nederland een temperatuur van 40 graden of zelfs hoger voorkomen”, aldus van Aalst die zijn lezing besloot met de kansen van warmte: “Hitte is niet alleen een probleem maar ook ‘een dag aan het strand’. Hiermee biedt het ook kansen voor bijvoorbeeld toerisme in Nederland.”
Actuele onderwerpen
Tussen het plenaire programma en de lunch gingen de aanwezigen met elkaar in gesprek over actuele onderwerpen. De bedoeling hiervan is om informatief én interactief door te praten over een aantal thema’s die op dit moment actueel en urgent zijn:
* Oprichting gemeentelijk energiebedrijf en warmtenetten: Hoe houd je als gemeente regie op verschillende domeinen van het energievraagstuk?
* Klimaatbestendig bouwen: Hoe zorg je in de fysieke bouw van je stad voor bestendigheid op het gebied van energie en klimaat?
* Hittestress in de stad: Hoe mitigeer je hittestress in de (binnen)steden door middel van groenblauwe oplossingen?
* Economie & Klimaatverandering: Hoe maken we de economie in BrabantStad klimaatbestendiger en voor welke uitdagingen staan we?
* Sport: Doorpraten over de kansen om grote evenementen naar Brabant te halen en maatschappelijke impact te vergroten. BrabantSport verzorgt een korte inleiding over relevante ontwikkelingen zoals het EK Waterpolo en het BrabantSport Fonds.
Tijdens deze gesprekken wisselden bestuurders oplossingen en problemen uit waar zij in de praktijk tegenaan lopen. Dankzij deze kennisdeling leren BrabantStad partners van elkaar en leggen we verbindingen om samen tot nieuwe oplossingen te komen.